Direct naar artikelinhoud
Nieuws

Kinderen de dupe van Nederlands coronabeleid: ‘Uniek negatief voorbeeld in de wereld’

Kinderen en jongeren zijn de dupe geworden van het Nederlandse coronabeleid van het afgelopen jaar. Volgens Kidsrights, een internationale organisatie die opkomt voor de positie van kinderen, was de schoolsluiting om zo ouders thuis te houden een ‘uniek negatief voorbeeld in de wereld’.

Kidsrights rekent de regering vooral de schoolsluiting in maart vorig jaar aan. ‘Het kind werd een middel.’Beeld ANP

Voor het negende jaar op rij publiceert de kinderrechtenorganisatie woensdag in samenwerking met de Erasmus Universiteit Rotterdam de Kidsrights Index, een ranglijst die van 182 landen in kaart brengt hoe de kinderrechten worden nageleefd. Nederland bezet daarop de vijfde plaats, een plekje hoger dan in de laatste drie edities. Maar in het bijgevoegd speciale corona-rapport komt Nederland minder goed uit de verf.

‘De Nederlandse overheid heeft niet voldoende gedaan om de scholen veilig open te houden’, zegt Marc Dullaert, voormalig Kinderombudsman en bestuursvoorzitter van Kidsrights, dat hij in 2003 oprichtte. ‘Er is geen duidelijke koers gevaren.’

Kind als middel

In het perspectief van kinderrechten rekent Kidsrights de regering vooral de schoolsluiting in maart vorig jaar aan. ‘De Nederlandse overheid heeft toen openlijk gezegd: we gaan de kinderen thuis houden om zo de ouders thuis te houden’, zegt Dullaert. ‘Het kind werd een middel. Men ging niet meer uit van het recht op onderwijs en hield ook geen rekening met de mentale gezondheid van kinderen.’

Aan het begin van een crisis is zoiets misschien nog te vergoelijken, vindt Dullaert. Maar de overheid toonde zich niet bepaald goedleers: ‘Uiteindelijk heeft de overheid scholen pas als een van de laatste sectoren opengedaan. Dat gebeurde mondjesmaat, met een of anderhalve dag. Bovendien waren scholen daar vrij in.’

Waar Nederland zwalkte, had buurland België de koers wel helder. ‘Daar zei de regering juist: het openhouden van de scholen is cruciaal. Onze zuiderburen hebben er alles aan gedaan om zowel basisscholen als het voortgezet onderwijs de gehele periode veilig open te houden.’

Waarschuwingen

Al in de eerste maanden van de coronacrisis waarschuwde het Kinderrechtencomité van de Verenigde Naties voor de gevolgen voor kinderen, zowel op fysiek als psychologisch vlak. Met elf stelregels riep het comité op om bij het nemen van beschermende maatregelen de rechten van het kind te respecteren. ‘Bestempel de belangrijkste voorzieningen voor kinderbescherming als essentieel’, klonk het bijvoorbeeld. Huisbezoeken en geestelijke gezondheidszorg moesten ook in lockdown door kunnen blijven gaan.

Sommige landen reageerden hierop doortastend. Zo nam Schotland, dat dit voorjaar als eerste land ter wereld het algemene Kinderrechtenverdrag van de VN in zijn wetgeving implementeerde, al snel verschillende maatregelen om armoede te bestrijden. En Bangladesh bood kinderen via de nationale televisie thuisonderwijs aan, omdat veel kinderen geen toegang hadden tot internet.

Maar in het door de Nederlandse overheid gevoerde beleid heeft Kidsrights de VN-richtlijnen nauwelijks terug kunnen vinden. ‘Sterker nog’, zegt Dullaert, ‘bij een aantal van die elf punten gaan we echt op onze neus.’

Zo ziet Kidsrights dat de kindermishandeling is toegenomen. Het aantal kinderen dat leed onder emotionele verwaarlozing is tijdens de eerste lockdown zo goed als verdrievoudigd, tot bijna 40 duizend. Zij kampten bijvoorbeeld met een gebrek aan onderwijs of waren getuige van huiselijk geweld.

Wereldwijd werden anderhalf miljard jongeren door de coronapandemie van onderwijs uitgesloten. Voor meer dan 168 miljoen kinderen bleven de scholen zelfs bijna een heel jaar gesloten. Ook misten 370 miljoen kinderen hun schoolmaaltijden, wat serieuze gevolgen kan hebben voor de fysieke ontwikkeling en mentale gezondheid van kinderen.

Op één aspect geven de rapporteurs Nederland wel een pluim. Met speciale kinderpersconferenties werden kinderen geïnformeerd over en meegenomen in de besluitvorming. Ook de op kinderen gerichte coronasectie op de website van de Kinderombudsman wordt in het rapport genoemd.

Om leerachterstanden weg te werken overwoog politiek Den Haag vorig jaar om alle leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs een jaar te laten overdoen. Ook keken de betrokken ministeries naar weekendlessen en een flink ingekorte zomervakantie. Dat schrijft NRC op basis van opgevraagde documenten.

Tot vlak voor de publicatie van het Nationaal Programma Onderwijs – 8,5 miljard euro voor primair, voortgezet, speciaal en hoger onderwijs – lagen deze plannen op tafel. In haar communicatie wilde de overheid woorden als ‘zittenblijven’ en ‘doubleren’ vermijden: het onderwijsprogramma moest een ‘bonusjaar’ worden genoemd.

Uiteindelijk haalden de plannen het niet. Alle leerlingen een jaar laten zitten, werd te duur bevonden. Bovendien zou dit kinderen met weinig tot geen leerachterstanden ‘demotiveren’. Het inkorten van de zomervakantie en het lesgeven in het weekend zouden leraren en schoolbesturen niet accepteren.